Circulaire economie verwijst naar een manier van afvalwerking waarbij er niet of nauwelijks meer sprake is van restafval dat moet worden verbrand of gestort. Een nieuwe manier van denken die ook in Apeldoorn vlam heeft gevat. Wie zijn de koplopers als het gaat om hergebruik van afval?
“Tien jaar geleden had ik een collega die een scriptie schreef over afval”, vertelt Jaap Berends tijdens de aftrap van de derde Tegenlicht Meetup 055, in Apeldoorn. “Hij deed onderzoek naar de zogenaamde afvalhiërarchie, waarin de hoogste trede gaat over preventie en de op een na laagste over het storten van afval. Iemand grapte toen: en de laagste is zeker dat we het afval opeten?”
In de Tegenlicht aflevering Groene dromen is te zien dat dit gegeven, het opeten of anderszins hergebruiken van afval, inmiddels geen grapje meer is. Van oesterzwammen die zijn gekweekt op koffiedik, leer dat is gemaakt van fruitschillen, tot het ‘groene eiwit’ product spirulina, dat mede tot stand komt met de CO2 die vrijkomt bij de productie van de oesterzwammen.
Het zijn allemaal voorbeelden van de circulaire economie: een manier van afvalwerking waarbij er niet of nauwelijks meer sprake is van restafval dat moet worden verbrand of gestort. Een nieuwe manier van denken die ook in Apeldoorn vlam heeft gevat. Wie zijn de koplopers als het gaat om hergebruik van afval? Dat was de rode draad tijdens deze derde Tegenlicht Meetup in Apeldoorn.
Passie voor afval

De avond wordt afgetrapt door Mark Veenhuizen, werkzaam als programmamanager afval bij de gemeente Apeldoorn. Hij benadrukt nog maar eens de sense of urgency als het gaat om innoveren met afval: “We moeten echt anders gaan denken over afval, want onze grootste grondstof bronnen in de wereld raken echt uitgeput. In Nederland hebben we niet eens grondstoffen!”
Gepassioneerd vertelt Veenhuizen over de bedrijven en ondernemers die de circulaire benadering van afval succesvol toepassen. Van het ‘Skaten doppen project op festivals’, tot het spijkerbroekenmerk Mud Jeans, die hun broeken produceren met de stoffen van oude spijkerbroeken. Ook liet Veenhuizen een tegel door de zaal gaan die is gemaakt van plastic bekers, een product van New Marble.
Veenhuizen is optimistisch over de manier waarop Nederland bezig is met de transitie van lineair naar circulair: “In september 2016 kwamen het ministerie van economie en het ministerie van infrastructuur en milieu met een Nationaal grondstoffenakkoord, waarbij de Nederlandse economie in 2050 volledig moet gaan draaien op herbruikbare grondstoffen. Een akkoord dat in januari 2017 werd ondertekend door 180 partijen in Den Haag. Heel bijzonder, want voorheen was alles wat goed was voor de economie slecht voor het milieu, en alles wat het milieu bevorderde was slecht voor de economie.”
“Heeft elke gemeente zo’n passievolle afvalmanager?” Luidde de eerste vraag uit het publiek.
Veenhuizen: “Ik vind mijn werk inderdaad erg leuk, maar ik weet ook zeker dat er collega’s zijn met dezelfde passie. Het idee van de circulaire economie is relatief nieuw, en je ziet dat het aanslaat bij mensen. Er ontstaat een energie die mensen in beweging brengt.
Creatief met ui
Wie denkt dat dit soort innovaties alleen zijn voorbehouden aan hippe Randstedelingen heeft het mis. Ook in Apeldoorn en omgeving is deze nieuwe manier van denken, ook wel de circulaire economie genoemd, bezig met een opmars.
“Eigenlijk wil ik graag af van het woord afval in de slogan ‘afval = voedsel’. Dat klinkt wel leuk, maar zodra je iets afval noemt, dan mag het de voedingsindustrie niet meer in”, vertelt Hans Derksen, van Biorefinery Solutions. “Ik heb het dan ook liever over ‘reststromen’. We noemen de beschuitkruimels tenslotte ook geen afval maar paneermeel.”
Ook Derksen benadrukt in zijn presentatie de urgentie van de grondstoffen-revolutie. “We zijn met steeds mensen op deze aardbol, waarbij ook steeds meer mensen een eiwitrijk dieet hebben. Waar halen we al die eiwitten uit vlees en vis straks nog vandaan?”
Volgens Derksen wordt de markt voor alternatieve eiwitten steeds groter en daar ziet hij kansen. Zo produceert BRS samen met ABC Koors een eiwitproduct dat wordt gemaakt van eendenkroos, ook wel waterlinzen genoemd. “Het snelst groeiende plantje ter wereld, niet te verwarren met eenden kroost, want dat valt vaak niet goed bij vegetariërs.”

Wat wel in de smaak van vegetariërs zal vallen, en, zo blijkt later, ook bij het publiek in de zaal, zijn de producten die BRS ontwikkelt met MOL Freshfood, een uienverwerkingsbedrijf gespecialiseerd in geschilde uiproducten. De schillen vormen voor BRS weer voer voor innovatie. Zo destilleren ze uit de rode uienschillen een kleurstof die het E-nummer E126 moet vervangen, het stofje dat verantwoordelijk is voor de rode kleur van bijvoorbeeld aardbeienyoghurt.
Een van de bedrijven aan wie zij hun eiwitrijke poeder leveren, produceert van de uienresten een soort smeersel dat heerlijk smaakt op brood en waarvan het publiek in de pauze zelf kan proeven, samen met de meegeleverde uienbroodjes.
Voedselverspilling
Wie mogelijk iets minder blij is met de vele broodjes die na de pauze zijn overgebleven, is Jacqueline van de Brink, bestuursvoorzitter van Voedselbank Apeldoorn en de laatste spreekster van de avond.
“Per jaar wordt er minstens vijf miljard euro verspild door het weggooien van voedsel”, vertelt van de Brink. “Onze doelstelling is dus niet alleen om de armsten in de samenleving te helpen, maar ook om voedselverspilling tegen te gaan.”
Het leidende principe voor de Voedselbank is dan ook dat er nooit voedsel wordt gekocht. Inmiddels bestaat de voedselbank in Apeldoorn al meer dan 10 jaar en nog steeds lukt het elke week weer om tussen de 250 en 300 pakketten te vullen met afgedankte producten. “Afgedankt, maar wel eetbaar”, vertelt van de Brink. “Het gaat om restanten door overproductie, producten met een beperkte houdbaarheidsdatum of waarbij sprake is van een productiefout. Het staat misschien haaks op het onderwerp van vanavond, maar voor ons is het dus belangrijk dat voedsel nog wel wordt beschouwd als afval, want daar moeten wij het van hebben.”
Afval is emotie
Eén ding is duidelijk na de aflevering Groene dromen van Tegenlicht en het horen van de verhalen tijdens deze Meetup: de reductie van afval niet zal afhangen van de technologische vooruitgang. Als we het met z’n allen maar hard genoeg zouden willen, kunnen we bij wijze van spreken overmorgen in een ‘zero waste’ wereld wonen.
Maar zoals de gepassioneerde manager afval aan het begin van de avond al zei: afval is emotie. “Als ik aankondig dat ik bij alle burgers volgende maand de grijze bakken ga weghalen en vervolgens zeg: met het afval ga ik hele mooie dingen doen, dan wordt alleen de eerste zin gehoord en niet de tweede.”
Dat een betere wereld en dus minder afval begint bij de burger, jezelf dus, en dat dit heel moeilijk is, kan ik vanuit mijn eigen ervaring beamen. Ik geloof dat ik en mijn huisgenoten nu al meer dan een jaar om de zoveel tijd tegen elkaar zeggen: we moeten nu toch echt ons groenafval eens gaan scheiden he? Misschien is dit een mooi moment om de daad maar eens bij het woord te voegen.