Elke eerste zaterdag van de maand schrijf ik een selfie. Dat is een kort, of anders wel lang antwoord op een onalledaagse vraag. Onderstaande selfie schreef ik in februari 2017.
Welke vriendschappen uit je jeugd hebben een onuitwisbare indruk op je gemaakt?
In een bepaalde fase van je jeugd heeft vriendschap een beetje de functie van wat wij, volwassen, een relatie noemen. Ik heb het dan over ‘beste vriendinnetjes’. Tegenwoordig beter bekend als BFF, Best Friends Forever. En net als met ‘vriendjes’, en in tegenstelling tot wat die tweede F impliceert, heb ik er daar meerdere van gehad. Ik was, op het gebied van beste vriendinnetjes, serieel monogaam.
Als je de seks even wegdenkt hadden die vriendschappen alle ingrediënten in zich van een relatie. Hoog bovenaan deze lijst staat: elkaar elke godganse dag zien. Of in elk geval toch wel zo’n drie à vier dagen per week. Eigenlijk gewoon wanneer het maar kon. Ik was in mijn BFF vriendschappen echt een beetje verslaafd aan die ander.
Een ander vast element was de emotionele intimiteit binnen zo’n vriendschap. Ik en mijn beste vriendinnetjes vertelden elkaar alles. Eindeloos lullen was toen al een hobby van me.
De derde belangrijke factor van zo’n BFF vriendschap is de exclusiviteit ervan. Dat klinkt misschien een beetje raar, gezien het feit dat dit over platonische same sexe vriendschap gaat. Maar een zekere trouw was onmiskenbaar aanwezig. Je kon op geen enkele manier twee beste vriendinnetjes hebben.
Net als met het krijgen van verkering, of het iemand verklaren van je liefde, verklaarde ik en mijn BFF’s elkaar op zeker moment ook officieus tot elkaars beste vriendinnen. Je sprak dat met elkaar af. Ook al was het al superduidelijk door alle voorgenoemde elementen, er was altijd een moment in zo’n vriendschap dat de een een beetje verlegen aan de ander vroeg: “Wil je mijn beste vriendin zijn?”
Als volwassene heb ik weleens een tijdje verkering gehad met een jongen waarvan ik dacht: He’s so out of my league. Ook dat heb ik met een van mijn BFF’s meegemaakt. J. woonde bij mij in de straat maar zat op een andere school in Franeker, waar ik ben geboren en getogen. Die school stond al bekend om het hoge gehalte coole kids. Daar kwam bij dat het meisjesteam van die school altijd kampioen werd met het jaarlijkse slagbaltoernooi in Franeker. J. had prachtig krullend lang blond haar en droeg altijd leuke kleren. Uiteraard had ze ook al een vriendje, op 12-jarige leeftijd, met de knapste jongen van heel Friesland. Alsof dit alles niet genoeg was deed ze ook altijd mee aan de plaatselijke buurt playbackshow, die ze dan met vlag en wimpel won. En dit meisje wilde BFF zijn met mij. Met mij!
Totdat ik niet meer haar BFF was. Want, net als met verkering en relaties kan een beste vriendschap ook “uitgaan”. Vaak komt dit doordat er een andere potentiële BFF in het spel is gekomen. Wat hier ook het geval was. Maar ik sluit niet uit dat deze break up ook iets te maken had met het feit dat ik en mijn ouders Friesland gingen verlaten, om in Gelderland te gaan wonen. Vermoedelijk wilde J. alvast een nieuwe beste vriendin regelen.
Overigens gaan BFF break ups doorgaans niet zo abrupt voorbij als bij een verkering. Meisjes kunnen onbedoeld behoorlijk wreed zijn op die leeftijd. Zo heb ik het meegemaakt dat ik op graduele wijze uit de binnenste cirkel van een van mijn HAVO vriendinnetjes werd verstoten. Bijvoorbeeld door mijn bestaan in het geheel niet te erkennen, wanneer ik tijdens de pauze in de kring kwam staan waar zij in stond. En op zeker moment door zelfs heel subtiel vóór mij te gaan staan, waardoor ik als het ware letterlijk geen deel meer uitmaakte van die cirkel.
Dat terwijl zij zo belangrijk voor me was geweest, in de periode dat ik net was verhuisd naar Huissen. Ze woonde namelijk een straat verder én zat bij mij in de klas, op de HAVO waar we naartoe gingen. Vanaf de dag dat we elkaar via school leerde kennen had ze het tot haar persoonlijke missie gemaakt om mij zo snel mogelijk in te laten burgeren. Ook typisch voor jeugdige vriendschappen: van de ene op de andere dag kun je super hecht zijn met elkaar.
Dat verstoten kwam hoe dan ook doordat dat ik bevriend was geraakt met een ander meisje – M. – die wij als HAVO BFF’s, samen met nog wat meiden, allemaal collectief stom vonden. Van een afstandje hoor, het was compleet gebaseerd op vooroordelen. Ik had M. in een andere context dan school beter leren kennen en was haar heel erg leuk gaan vinden. Parallel daaraan schaamde ik me enorm over mijn eerdere oordelen. Het mooie van haar was dat ik dat allemaal tegen haar kon vertellen: dat oordelen, maar ook dat ik fout had gezeten. En zij accepteerde mij, compleet. Zij werd mijn eerste BFF die nog steeds in mijn leven is.
Een van mijn bijzondere vriendschappen, hoewel geen typische BFF, speelde zich ook af in Friesland, met S. In de laatste twee jaar dat ik er woonde en ten tijde van mijn out of my league vriendschap.
S. was twee jaar ouder en alleen dat al maakte de vriendschap tot iets uitzonderlijks en magisch voor mij. Mijn eigen zus was ook twee jaar ouder dan ik, dus het lag veel meer voor de hand dat S. met haar zou willen omgaan. Maar ze koos mij! En ze nam mij volstrekt serieus, wat mijn ego enorm streelde. Ik kan me nog herinneren dat ze zei: “Jij kan zo goed verwoorden wat je allemaal voelt. Dat vind ik echt heel knap.” Woah!
S. kende J. ook goed. Op een dag vertrouwde S. mij toe dat ze verliefd was op J. Een coming out dus, want, zo vertelde ze erbij, dit was niet de eerste keer dat ze verliefd werd op een meisje. Het was dus vrijwel zeker dat ze, “Euh…., euh…, van de verkeerde kant was.” En dat durfde ze te delen met mij! Een dertienjarig mokkel. Ik was zeer vereerd.
Ik kan me nog herinneren dat ik een keer erg verdrietig was over J. en haar overstap naar een andere BFF, nog voordat ik naar Gelderland was verhuisd, en dat iemand tegen me zei: “Uit het oog, uit het hart.” Toen troostte ik mezelf met die gedachte, en geloofde ik in die stelling. Dat doe ik nu niet meer.
Veel van mijn huidige vriendschappen gaan al meer dan twintig jaar mee. Met de één heb ik eens in de drie jaar contact, al dan niet virtueel. Met de ander is dat eens per jaar. Met sommigen wat regelmatiger. Wat deze contacten kenmerkt heeft niks te maken met kwantiteit of nabijheid. Of welke randvoorwaarden van de BFF vriendschap dan ook. De essentie ervan is dat je zelfgekozen familie van elkaar geworden. Er is een onbenoembare band die niet weggaat.
Met M. bijvoorbeeld heb ik nog steeds contact, sinds mijn zestiende. Soms zien we elkaar wel meer dan een jaar niet, maar altijd als we elkaar zien zijn we direct op ons gemak. En pikken we het contact op alsof we elkaar de week ervoor nog hebben gezien. Hetzelfde heb ik met een andere M., die ik al ken sinds mijn 19e. We zien elkaar soms eens in de twee maanden, soms eens in de twee weken. En al twintig jaar blijven we ons verbazen over hoe onze ontwikkeling gelijk op lijkt te gaan met elkaar. Nooit hebben we het idee gehad dat we elkaar even niet begrepen in waar we mee bezig zijn.
Ook duiken er sinds een paar jaar weer mensen uit mijn verleden op met wie er een hernieuwde vriendschap ontstaat. Het gevoel wat daarin overheerst is: we zijn helemaal niks veranderd. Hooguit wat verstandiger geworden. En veel minder wreed.
Doe je mee met mijn maandelijks ritueel? Schrijf je dan hier in en ontvang elke eerste zaterdag van de maand ‘de vraag’.
Titelbeeld: Wikimedia